Ik heb niet altijd zin om te schrijven omdat bijna ieder woord opnieuw getypt moet worden. Mijn vingers raken de toetsen niet op het juiste moment. Het liefst zou ik mijn woorden inspreken, maar ook dat blijkt niet effectief. Ik zal dus in hapjes mijn tekst moeten samenstellen. Ik voel me afwezig, wazig. Ik ben er wel en ben er ook weer niet. Ik kwam net mijn Spiegelbeeld tegen. Allebei zijn we snel afgeleid en praten we van de hak op de tak. Het is een gesprek dat weergeeft hoe weinig ik soms in het nu aanwezig ben.
Ik wil graag luisteren en alles onthouden. Dat is netjes en toont mijn betrokkenheid, vind ik. Spiegelbeeld gaat een weekend weg, naar een wereldstad. Ik droom mee. Hoe zou het zijn om in de mooie stad met zoveel kunst te zijn? Met die gedachten raak ik meteen ook in paniek. Ik zou me meerdere dagen achtereen goed moeten voelen. Die garantie kan ik niet geven. Ik kan niet eens garanderen dat ik deze alinea afschrijf. Alles is onzeker. Rare gedachte, steeds gaat dat door mijn hoofd. Verlamde volle vingers die neerdalen op het toetsenbord.
Ik herken in de winkel een leerling van twee jaar geleden, nee, drie jaar alweer. Ik weet zijn naam nog. Ritesh heet hij, een pittig ding weet ik me te herinneren. Nu moet hij heel beleefd tegen me zijn, dat was toen wel anders. Hij wilde een grote man worden en veel geld verdienen. Hij werkt bij het Kruitvat, misschien is het een begin, je weet maar nooit. Ik moet wel lachen omdat ik me nog zo goed kan herinneren hoeveel praatjes hij had. Ik geloof dat hij advocaat wilde worden, een lange weg vanaf het vmbo-basis. Had ik hem moeten zeggen dat die weg misschien wel onmogelijk lang is? Of is het prima dat ik hem zelf zijn pad heb laten vinden. Zijn beleefdheid is in ieder geval een goed begin.
Owen heeft zijn diploma Mbo Veva straks (17 maart) op zak. Zijn loopbaan ziet er straks anders uit dan gepland, gelukkig maar eigenlijk. Ik ben blij dat hij nooit zal hoeven schieten of zich moeten verbergen voor kwaadaardige personen. Zijn weg in de hulpverlening zal hem waarschijnlijk ook wel oog in oog brengen met vreemde figuren, maar ik hoop toch op minder slechte figuren dan degene die hij kan ontmoeten in een oorglogsgebied. Ik heb er vrede mee. Net als Ritesh heeft Owen keuzes moeten maken die passen bij zijn mogelijkheden. Een jaar geleden had ik zijn stappen nog niet kunnen voorspellen.
Mijn kind is een echte reus geworden. Hij loopt zonder al te veel voorbereiding een halve marathon in 1.40. Hij beloofde een jaar geleden deze voor me te lopen. De tijd gaat zo schrikbarend snel. Ik beloofde op mijn beurt toeschouwer te zijn zonder te weten of ik er fysiek toe in staat zou zijn, laat staan of ik er nog wel zou zijn. Toch voelde ik op de een of andere manier aan dat ik zijn grootste supporter zou zijn.
Het kostte me relatief weinig moeite om naar de stad te fietsen en een paar uur op de tribune door te brengen. Vervolgens zijn we nog naar het Proeflokaal gefietst en hebben we de zegen gevierd. Heerlijk was het om onder het genot van een paar glazen port en omringd met vrienden, zo de dag af te sluiten.
Ik probeer mezelf te snappen, ik probeer mijn lichaam te snappen. Waarom ben ik de ene keer zo suf en bij ieder geknipper van mijn ogen afwezig en de andere keer zo wakker en zo onsterfelijk?
Wie komt me halen? Wat komt me halen? Wanneer gaat het gebeuren, gaat het wel gebeuren? Ik kan het soms niet geloven. Ik zit nu in de zon op het dek te schrijven. Ed Kwibus en zijn lief zijn net vertrokken nadat we genoten hebben van tzatziki en een drankje. Ed Kwibus stelt zich regelmatig deze vragen en stelde ze nu persoonlijk aan mij. Of ik alles wel geregeld heb etc. etc.
Geweldige vragen vind ik. Stel ze maar, ik geef wel antwoord. Nu kan ik het, nu zit ik en willen mijn vingers alweer zoveel beter dan vanochtend, toen ik begon met schrijven. De zon geeft heerlijke energie en kracht om te leven. Ik denk dat ik eigenlijk beter in een zonovergoten land zou moeten wonen. Helaas, het kan niet. Mijn vrienden zijn gelijk aan de zon, ook zij geven zoveel energie en kracht.
Gisteren was ik zomaar voor een dag ziek. Mijn voedsel kon ik niet binnenhouden en slapen was mijn enige tijdverdrijf. ‘s Avonds werden we verrast door PK and Family op eten. Ik kan wel blijven juichen dat ik bof met zulke buren. Voedsel is een heerlijke basale vorm van hulpverlening. Zeker als het ook nog eens lekker is. Ik prijs me rijk.
Mijn vader is inmiddels ook weer thuis uit het ziekenhuis. Hij is gebonden aan een beperkt aantal vierkante meters. Niet vrij kunnen bewegen, geen autorijden, het is niks voor mijn zo over- energieke paps. Mijn moeder loopt zich het vuur uit haar sloffen om hem te kunnen bedienen. Het zijn geen makkelijke situaties. Ik ben ervan overtuigd dat mijn vader nu pas begrijpt hoe het voor mij is om aan bed gekluisterd te zijn in de weken dat ik ziek was. Mijn oude heer heeft in zijn hele leven nog nooit zo lang een beperking gekend. Over een week of vijf zal hij zichzelf weer gaan herkennen en weer uit de voeten kunnen.
Ik heb er een hobby bij, namelijk op en neer fietsen naar mijn ouders en kijken of het allemaal nog goed gaat. Het is best fijn als de rol een keer omgedraaid is. Alhoewel ik me ook wel zeer gelukkig prijs dat mijn ouders al hun hele leven zelfstandig kunnen leven. Mijn vader kwetsbaar zien is vreemd. Hij heeft gelukkig heel veel aanloop gehad dankzij het Geloof waar hij vele dierbare contacten heeft opgedaan. Ik ben blij voor hem en dankbaar voor de liefde en zorg die hij ontvangt. Met mij gaat het over het algemeen goed. Ik ben blij met alle aanloop, de plotselinge planten die te vondeling worden gelegd, de spoedbestellingen chocolade en de kaarten met opbeurende teksten.
Ik ben blij dat ik geen bloedtransfusie nodig heb, ik ben opgelucht met het feit dat de kanker nog niet in mijn longen zit en ik ben zeer tevreden met de keuze om van huisarts te hebben gewisseld. Kortom best wel een tevreden mens, intens moe, dat wel, maar er zijn voldoende gebeurtenissen om voor te willen leven.